De volwassen kat

Vaccinaties

Katten- en niesziekten

Ook als uw kat nooit buiten komt is het verstandig het dier tenminste elke 3 jaar te laten vaccineren tegen katten– en niesziekte. Voor katten die buiten komen verdient het aanbeveling deze jaarlijks te laten vaccineren tegen katten- en niesziekte. Komen uw katten nooit buiten, maar heeft u meerdere katten waarvan er 1 of meer op leeftijd zijn dan kan het echter juist weer verstandig zijn deze toch jaarlijks te vaccineren. Indien u een nestje wilt dan is het sterk aan te raden alle katten vóór de dekking te laten vaccineren.

Aanvullende vaccinaties voor volwassen katten

Pensions

Voor katten die extra risico’s lopen, bijvoorbeeld omdat ze astma hebben, naar shows  gaan, in pensions komen of ter dekking gaan, bestaat er een uitgebreidere bescherming tegen niesziekte met bordetella bronchiseptica.

Buitenland rabiës

Wanneer uw kat mee naar het buitenland gaat is een vaccinatie tegen hondsdolheid (rabiës) verplicht. Informeer tijdig wat het land van bestemming voor eisen stelt aan de invoer van katten. Zie ook: veilig op reis met uw huisdier.

Leukemie (FeLV)

Zie ook: leukemie.
Alle katten eigenaar die hebben moeten meemaken wat het is om hun kat te zien doodgaan aan  leukemie zouden u kunnen vertellen dat het niet om een zeldzame aandoening gaat waartegen vaccineren niet nodig is. Toch wordt in Nederland in tegenstelling tot de ons omringende landen weinig tegen leukemie gevaccineerd. De prijs van het vaccin tegen deze ziekte speelt hierbij een rol. Ook moet een te vaccineren kat eerst worden getest en is het vaccin niet in 100% van de gevallen in staat de ziekte te voorkomen.

FIP

Zie ook: FIP.
FIP is een ziekte die regelmatig voorkomt en vele gedaantes heeft, maar lastig is om met zekerheid aan te tonen. Vaccineren tegen FIP is zinvol als dit gebeurd voordat de kat met dit darmvirus in aanraking komt. In de praktijk betekent dit dat vaccineren alleen op jonge leeftijd gebeurd. Dit vaccineren is effectiever als het wordt gecombineerd met hygiëne maatregelen. Veelal worden katten alleen gevaccineerd in cattery’s waar problemen zijn.

Levende of dode entstof

Omdat het maken, opslaan en transporteren van levende entstof complexer is, en met name het exporteren uit de VS lastig is, propageren vooral de Amerikaanse firma’s het vaccineren met dode entstof. Dode entstoffen werken echter op een andere manier dan levende entstoffen. Dode entstoffen bevatten flinke aantallen dode virus of bacterie deeltjes. Het lichaam wordt daardoor in één keer in contact gebracht met een grote hoeveelheid dood virus of bacteriën op een vreemde plek. Bij humane vaccins is het vermoeden (bijvoorbeeld Deense vaccin onderzoeker Aaby) dat dode vaccins het afweersysteem (T1 helpercellen) voor andere bacteriën en virussen dan waartegen wordt gevaccineerd verzwakken doordat er een onbalans tussen T2 helper cellen en T1  helpercellen ontstaat (vooral bij meisjes). Anders gezegd: dode vaccins zijn veilig in gebruik maar ze brengen het afweersysteem mogelijk een beetje uit evenwicht voor de weerstand tegen andere infecties. Om het afweersysteem toch te prikkelen om tegen deze dode virus- en bacterie deeltjes afweerstoffen te maken wordt een extra stof toegevoegd aan het vaccin: het adjuvans. Het is deze onnatuurlijke prikkeling met het adjuvans waarop het afweersysteem reageert. Indien dit te fors gebeurd, kunnen een zwelling op de injectie plaatst of pijnlijke gewrichten ontstaan. De hoeveelheid dode entstof adjuvans wordt in een vaccin zo gekozen dat het afweer systeem voldoende reageert en de bijwerkingen beperkt blijven.
Bij vaccinaties met levende entstoffen wordt gebruik gemaakt van virus stammen die niet ziekte verwekkend zijn. Het dier wordt door middel van vaccinatie met deze niet ziekmakende stam besmet die zich vervolgens gaat vermeerderen. Vaccineren met levende verzwakte entstoffen bootst dan ook veel meer de natuurlijk infecties na, waardoor het afweersysteem ook meer op natuurlijke wijze reageert, waardoor gewoonlijk geen adjuvans nodig is.
Productie van levende entstoffen is aan strenge regels gebonden. Niet elke entstof mag levend zijn. Voor rabiës bijvoorbeeld mag alleen dode entstof worden gebruikt. De veiligheid van levende vaccins wordt niet alleen bepaald doordat het virus verzwakt is, maar ook door de wijze van toediening.  Levende niesziekte vaccins zijn bijvoorbeeld behalve dat ze verzwakt zijn ook  niet ziekteverwekkend doordat ze per injectie worden toegediend. Het echte niesziekte virus komt immers altijd via de luchtwegen of de slijmvliezen binnen. Bij onzorgvuldige toediening, of achterblijven van het vaccin in de vacht en oplikken door andere katten en kittens, komen ze na vaccinatie alsnog via de slijmvliezen binnen. Dit kan dan toch voorbijgaande lichte ziekteverschijnselen geven. Vooral bij fokkers worden vaak grote aantallen snel gevaccineerd waarbij de zorgvuldigheid die past bij het omgaan met levende entstoffen uit het oog wordt verloren. Het zijn dan ook vooral fokkers die wel eens een keer een vaccinatie reactie zien en daarom soms moeite hebben met levende entstoffen. Omdat levende entstoffen veel beter de natuurlijk situatie nabootsen is de afweer veelal betrouwbaarder, iets wat bij het voorkomen van niesziekten van groot belang is.

Het gebruik van levend vaccin bij katten

Levende entstof mag dus bij gebruik nooit direct in contact komen met oog of mondslijmvlies. Dit vraagt een nauwkeurige werkwijze bij met name vaccineren van groepen katten en nestjes kittens. Voorkom daarom het likken van de vaccinatieplaat of desinfecteer de injectie plaats direct na vaccinatie.

Conclusie

Levende entstoffen geven een betrouwbaarder immuniteit die op een meer natuurlijke wijze tot stand komt dan met dode vaccins. Hierdoor zijn er bij juist gebruik minder directe en indirecte bijwerkingen. Levende entstoffen zijn echter lastige te produceren, te bewaren,  te transporteren en toe te dienen.
In de handen van een deskundige dierenarts heeft de (ook door ons gebruikte) levende entstof dan ook sterk de voorkeur.

Castratie kater

De meeste katers zijn met ongeveer 5 tot 6 maanden geslachtsrijp. Ze zullen dan op zoek gaan naar krolse poezen en meer gaan zwerven. Dit leidt er tevens toe dat ze ook vaker zullen vechten, met lelijke abcessen tot gevolg. Ook zullen intacte katers veel eerder gaan sproeien. Helaas gebeurt dit maar al te vaak en hebben eigenaar en buren last van de stank in huis en tuin van de sterk ruikende urine van ongecastreerde katers. Castreren neemt de penetrante lucht van de urine weg en verminderd sterk de neiging om te gaan sproeien. Een klein percentage van de katers blijft sproeien ondanks castratie.

De voordelen van castratie zijn:

  • Minder zwerven en ook minder vechten met andere katten.
  • Minder kans op het geïnfecteerd raken met ziekten als leukemie en FIV.
  • Minder kans op sproeien of plassen in huis.
  • Minder sterke urinegeur.
  • Minder snel ongelukjes met drachtige poezen en dus minder ongewenste kittens.

Nadeel:

  • De kater kan dikker worden. Hier moet dus op gelet worden met het voer ( zie ook ons gewichtsspreekuur).

De narcose wordt via een injectie toegediend. Bij deze ingreep worden geen hechtingen op de huid geplaatst. Het dier hoeft dus niet terug te komen om deze te laten verwijderen.

De poezenpil of steriliseren

Het valt niet mee een poes tijdens de krolsheid binnen te houden. Het huis delen met een krolse poes is daarnaast meestal alles behalve leuk. Bovendien blijkt bij poezen die niet gedekt worden (hetgeen gewoonlijk de bedoeling is) dat het continue krols zijn en de enorme stress die dit met zich meebrengt een negatief effect heeft op de gezondheid. Als u niet van plan bent met het dier te fokken is het dus beter de poes onvruchtbaar te maken. Hiervoor zijn er twee opties: de poezenpil of steriliseren.

Gebruik van de poezen pil

Dit is hoogstens nuttig gedurende een korte periode. Langdurig gebruik brengt namelijk een aantal risico’s met zich mee:

  • Ontsteking van de baarmoeder. In ernstige gevallen is deze sterk vergroot en gevuld met pus. Dit wordt een pyometra genoemd. Bij sterilisatie neemt her risico op een baarmoederonsteking juist sterk af.
  • Onbedoelde drachtigheid, bijvoorbeeld als de pil is vergeten, weer is uitgespuugd of uitgebraakt of door maagdarmstoornissen onvoldoende is opgenomen.
  • Een slecht verlopende partus als niet op tijd met de pil is gestopt.
  • De ontwikkeling van melkkliertumoren op latere leeftijd.

Sterilisatie is eigenlijk altijd castratie

Sterilisatie betekent onvruchtbaar maken: bijvoorbeeld door de verbinding tussen eierstokken en baarmoeder te onderbreken. Bij de poes is het niet alleen de bedoeling dat de poes onvruchtbaar wordt, maar ook dat de hormonale activiteit zoals de krolsheid wordt beëindigd. Hiertoe worden de eierstokken weggenomen. Dit is vergelijkbaar met het weghalen van de teelballen bij de katers en is dus feitelijk een castratie.

Eierstokken en baarmoeder

Bij deze vorm van  sterilisatie (castratie is dus eigenlijk een juistere benaming!) worden de eierstokken verwijderd. Het is zeker niet nodig dat een dier eerst krols is geweest voordat het kan worden gesteriliseerd. Of de baarmoeder wordt verwijderd is een kwestie van smaak en techniek. Er zijn geen nadelen bekend van het verwijderen van de baarmoeder. Wel kleine voordelen. In onze kliniek wordt de baarmoeder dan ook standaard met de eierstokken verwijderd.

Sterilisatie via een kijkopening

De sterilisatie wordt uitgevoerd via een kleine kijkopening van 2-3 centimeter, waarbij de eierstokken en baarmoeder met speciaal instrumentarium in de buik worden opgezocht zonder dat er verder door de chirurg in de buik wordt gemanipuleerd. De ingreep is daarbij geheel vergelijkbaar met endoscopische sterilisatie waarbij via een of meerdere openingen (voor licht, expansie gas en instrumentarium) de eierstokken worden opgezocht. In beide gevallen wordt de buik gesloten met enkele hechtingen. De kosten van de kijkopening methode, zoals deze bij ons wordt uitgevoerd, liggen echter een stuk lager dan van een endoscopische sterilisatie. (zie ook tarieven sterilisatie)
Katten zijn gevoelige dieren waardoor ze vaak wel een dagje onder de indruk zijn van alles. Narcose pijnstilling en nazorg zijn dan ook meer van invloed op de uitkomst van de ingreep dan de methode.

Voordelen sterilisatie

Er zijn een aantal voordelen van het (op jonge leeftijd) steriliseren van uw kat:

  • Niet meer krols worden.
    De krolsheid kan veel overlast veroorzaken. Bovendien trekt het katers aan die dan onder uw raam gaan zitten schreeuwen. Gesteriliseerde poezen blijven beter bij huis omdat ze niet op zoek hoeven naar een partner. Er is daardoor ook een kleinere kans om verkeersslachtoffer te worden.
  • Geen schijnzwangerschap.
    Na elke krolsheid volgt een periode van 6-8 weken waarin het zwangerschapshormoon progesteron wordt gevormd. Dit gebeurt ook als er geen dekking plaats vind, waardoor schijndracht kan ontstaan. Dit leidt tot ongewenst gedrag zoals onrust en nestdrang.
  • Geen CEH en pyometra (baarmoederonsteking).
    Elke krolsheid verandert de baarmoeder onder invloed van hormonen. Dit leidt op later leeftijd tot een blijvende verandering: CEH genaamd. Bij CEH is de baarmoederwand verdikt met vele cysten erin.
    Doordat de baarmoedermond openstaat tijdens de krolsheid kunnen er bacteriën naar binnendringen en een ontsteking veroorzaken. Ook miskramen en dekkingen zonder drachtigheid kunnen een baarmoederontsteking tot gevolg hebben. Deze pussige ontsteking van de baarmoeder wordt ook wel pyometra genoemd. Een baarmoederontsteking komt bij de kat minder vaak voor als bij de hond maar wordt vaak ook moeilijker onderkend. Een pussige baarmoederontsteking is veelal een spoedeisend probleem op het moment dat het ontdekt wordt en kan het best behandeld worden met onmiddellijke verwijdering van de zieke baarmoeder en intraveneuze infusen.
  • De kans op het ontwikkelen van borstkliertumoren neemt sterk af.
    Progesteron wordt aangemaakt tijdens de krolsheid en is verantwoordelijk voor de stimulering van de melkklieren en daarmee ook voor de vorming van borstkliertumoren op oudere leeftijd. Inmiddels is zelfs duidelijk geworden dat het beter is de dieren al op jonge leeftijd, vanaf 7 maanden, te steriliseren. Het is ook mogelijk om op een nog jongere leeftijd te steriliseren, zie de kittensterilisatie. Melkkliertumoren op latere leeftijd worden namelijk vooral gezien bij katten die pas op (wat) latere leeftijd zijn gesteriliseerd. De ervaringen in binnen en buitenland van het op jonge leeftijd steriliseren zijn zelfs zo gunstig dat wij hieraan de voorkeur geven boven het eerst een tijdje toedienen van de poezenpil.
    Naast korter of langer pilgebruik kan ook de voortgaande hormoonproductie bij dieren die krols worden de kans op de ontwikkeling van melkkliertumoren vergroten. Jong gesteriliseerde poezen, die nooit de pil hebben gebruikt ontwikkelen op oudere leeftijd zeer zelden melkkliertumoren. Borstkliertumoren zijn over het algemeen kwaadaardig.
  • Minder kans op suikerziekte.
    Niet drachtige, niet gesteriliseerde katten produceren langdurig het zwangerschapshormoon progesteron. Progesteron leidt tot groeihormoonproductie wat het lichaam ongevoelig voor insuline maakt. Hierdoor kan er suikerziekte ontstaan

Nadelen sterilisatie

  • Door verandering in de hormoonhuishouding heeft een gesteriliseerde kat meer aanleg om dikker te worden. Dit is te voorkomen door 10-20% minder voer te geven.
  • Verder zal het dier onder narcose gebracht moeten worden. Narcose brengt altijd een klein risico met zich mee.

Pillen ingeven bij katten

Klik hier voor een komisch verhaal over hoe het niet moet!

Het geven van pillen aan katten kan een echt probleem zijn. Er zijn zelfs dieren waarbij het echt niet lukt! Gelukkig zijn er vaak alternatieven, bijvoorbeeld in de vorm van smakelijke varianten. Er bestaan zelfs tegenwoordig wormmiddelen welke op de huid worden toegediend en zo worden opgenomen: Stronghold en Profender. Indien het pillen ingeven echt niet lukt kunnen medicijnen eventueel ook via injecties worden gegeven. Indien u dit zelf wilt doen dan krijgt u hiervoor uitgebreide mondelinge en schriftelijke instructies. Ook hebben wij voor moeilijke katten een prikservice waarbij u dagelijks even binnen kunt lopen met uw kat (in overleg ook op zaterdag en zondag!) om één van onze paraveterinairen dit te laten toedienen.

Enkele tips voor het ingeven van medicijnen:

  • De kat overrompelen werkt meestal slechts één maal of hoogstens een beperkt aantal keren. Probeer dus gebruik te maken van de normale contactmomenten, maar houd ook de “normale” contact momenten.
  • Belangrijk is een goede voorbereiding. Extra hulp kan meestal geen kwaad.
  • Een stevig handdoek met een klein gat voor de kop wil nog wel eens helpen om buiten schot van de poten te blijven.
  • Vooral als langdurig medicijnen moeten worden gegeven is het belangrijk daarbij zo min mogelijk stress te veroorzaken.
  • Wat veelal goed werkt is om in een snelle beweging het pilletje achter in de keel te duwen. Kleine vingers of een beetje boter of smeerkaas op de top van uw vinger kunnen daarbij helpen. Vooral als het lukt diep achter in de keel te komen wordt de kokhalsreflex opgewekt, waardoor het dier zijn bek verder open doet en niet snel kan sluiten.
  • Door met een spuitje er een beetje water achteraan te geven wordt het slikken vergemakkelijkt. Meestal kan dit water via de zijkant van de dichtgehouden bek naar binnen worden gespoten.
  • Er zijn hulpmiddelen waarmee de pil samen met wat water, vla of iets dergelijks kan worden ingegeven. Klik hier voor meer info over onze pillenschieter.
  • Een andere manier is de pil eerst fijn te maken, tussen twee lepels of in een vijzeltje. Voor een paar euro kun u bij ons ook een zeer goede pillenvergruizer aanschaffen. Het zo fijn mogelijke gemaakte  poeder dan nauwkeurig  door iets lekkers roeren waar het niet uit kan zakken. Slagroom, boter, geklutste eieren en vanillevla zijn favoriet bij katten. Maar ook smeerkaas en pindakaas voldoen.

NB!
Soms is dwang de enige manier. Bij dwang is het het beste zoveel overtuiging aan de dag te leggen dat de kat zich echt overgeeft. Dit vindt uw kat niet leuk. Plassen is een teken van overgave. Indien het dier zich echt overgeeft gaat het vaak de keer erna een stuk makkelijker.
Bedenk wel, indien u dwang oplegt maar verliest, dat bij elke keer dat de kat ‘wint’ zijn of haar zelfvertrouwen toeneemt en de strijd met nog meer overtuiging aan zal gaan.

Heeft u nog een handige manier bedacht? Laat het ons weten: dierenkliniek@ossehoofd.nl.

Haarballen zijn natuurlijk en maar zelden een probleem

Katten die zichzelf verzorgen krijgen flink wat haar binnen. Dat is normaal. Dit haar gaat gewoonlijk weer mee naar buiten met de ontlasting. Zichzelf wassende katten hebben dus altijd haar in de maag en darmen. Indien de kat braakt omdat de maag wat van streek is, zit er dus vaak wat haar in het braaksel. Dat is normaal en behoeft geen behandeling.

Een enkele keer kan zich wat haar ophopen in de maag en wordt dit uitgebraakt. Dit heeft dan de vorm van een klein muisje en wordt een haarbal genoemd. Hier kan de kat een soms last van hebben waardoor de eetlust wat minder is en weer normaliseert wanneer de haarbal wordt uitgebraakt. In veel gevallen is echter de “haarbal” een begeleidend verschijnsel van het braken en geen oorzaak.

Omdat veel katteneigenaren zich toch zorgen maken over het haar in het braaksel is er interessant voer of zijn er laxeerpasta’s die dit voorkomen. Laxeer pasta zou werken door het transport van maag en darminhoud wat te versnellen waardoor zich minder vaak haarballen in de maag zouden vormen. Echter laxeerpasta is onnatuurlijk en kan leiden tot het verstoren van het verteringsproces in het maag-darmkanaal. Vooral als het regelmatig gegeven wordt. We zijn er dan ook geen voorstander van.

Er zijn natuurlijk ook rassen, die gefokt zijn met een extra lange of zware vacht. Zeker wanneer het weer ineens warmer wordt kan er dan in een korte tijd zoveel haar verloren worden dat dit te veel wordt voor de maag en darmen. Een keer goed borstelen is dan te adviseren boven het gebruik van laxeer pasta.

Indien u toch iets zoekt voor de vacht dan is Nutrigel plus eventueel te gebruiken als ondersteuning. Het is een product wat licht laxerend werkt (door het Magnesium sulfaat Heptahydraat in het product) maar vooral de vacht verbeterd, waardoor de kat sneller door zijn vachtwisseling heen komt.  Veel katten vinden het bovendien erg lekker.

Sproeien

Sproeien is een van nature normaal gedrag

Voor veel katteneigenaren is sproeien of plassen in huis een bekend probleem. Toch is sproeien van oorsprong een natuurlijk en normaal gedrag, bedoeld als een geheugen- steuntje en om de omgeving een vertrouwde geur te geven waardoor de kat zich veilig voelt. Daarnaast werkt het als een signaal naar andere katten. Katten leven in de vrije natuur, in tegenstelling tot honden, niet in groepen. Om toch van elkaar te weten waar ze zijn, bijvoorbeeld voor de voortplanting, is het systeem van geursignalen ontwikkeld. Het sproeien helpt om te weten waar de soortgenoten zich bevinden. Krolse katten en vruchtbare katers verspreiden bovendien een andere geur dan hun soortgenoten. Hoewel katers vaker sproeien dan poezen, komt sproeien ook bij poezen voor. Sommige poezen gaan sproeien tijdens de krolsheid.

Sproeien komt vooral voor in een huishouden met meerdere katten

Hoewel sproeien dus een natuurlijk en normaal gedrag is, vormt dit sproeien als het in huis gebeurd al snel een probleem. Het is daarbij goed om te weten dat sproeigedrag veel vaker voorkomt als katten het huis niet voor zich zelf hebben. Eigenlijk niet vreemd als je je realiseert dat katten in de natuur voornamelijk op zichzelf leven. Zolang het slechts een enkele keer gebeurt is het nog te overzien, maar als het sproeien toeneemt en we beginnen het te ruiken en te zien, dan kan het een groot probleem worden met soms grote gevolgen. Bekend is dat een kwart van de katten in het asiel zit wegens sproeiproblemen. Dat laatste is te betreuren, omdat vrijwel zeker een deel van die dieren te behandelen zou zijn geweest.

Verschillende redenen van sproeien

Er zijn verschillende redenen waarom een kat sproeit:

  • In relatie tot de voortplanting. Zo kan de kater een krolse poes ruiken.
  • Berustend op verkeerde niet-afgeleerde gewoontes.
  • Door medische oorzaken zoals blaasproblemen.
  • Stress: de meest voor komende oorzaak! Dit kent vele vormen en kan komen door andere huisgenoten (zowel mens als dier), veranderde omstandigheden, nieuwe meubels, vreemde geuren, schoonmaak gewoontes, kattenbak opstelling en inrichting, niet op een prettige veilige manier naar buiten kunnen, geen veilige ligplek hebben enz.

Zeker als stress de oorzaak van het sproeigedrag is en als de eigenaar of zijn partner hier zelf begrijpelijkerwijs gestrest van raakt ontstaat al snel een vicieuze cirkel die moeilijk zonder hulp en medicatie  te doorbreken valt.

Het kopjes geven

Om zich vertrouwd te maken met zijn omgeving kan en kat voorwerpen merken door er met zijn kinklieren langs te strijken. Dit zogenaamde kopjes geven laat voor ons geen merkbare geuren achter en wordt gezien als een teken van genegenheid. Maar in feite is het voor de kat een soort van ‘goedkeurings-stempel’. Binnen dit systeem van vertrouwde geuren worden vreemde geuren, of geuren van andere katten als stressvol ervaren. Denk je zelf eens in als je op de camping staat en iedereen draait harde muziek waardoor je je eigen muziek niet meer kan horen. Sproeien begint dan ook vaak tegen nieuw meubilair, een nieuwe huisgenoot. een boodschappen tas, lekker fris ruikende schone was, elektrische apparaten, de keuken gootsteen enzovoorts.
Hoewel het probleem een enkele keer moeilijk oplosbaar is, hebben wij de ervaring dat er duidelijk meer behandelingsmogelijkheden zijn dan door de meeste eigenaren wordt gedacht. Uiteraard verschilt van geval tot geval welke maatregelen succesvol zijn.

Vragenlijst

Door uitgebreid kennis te nemen van de leefsituatie van de kat, kan er worden geanalyseerd waar de problemen waarschijnlijk vandaan komen en in welke richting daarbij moet worden gedacht om het probleem op te lossen. Als u deze lijst (zie verder) zo zorgvuldig en uitgebreid mogelijk invult en ons toestuurt, krijgt u binnen 10 werkdagen antwoord. Antwoorden als “droogvoer” of  “hij plast overal” helpt ons niet verder, dus graag gedetailleerd invullen. Het meesturen van digitale foto’s van de leefomgeving wordt eveneens zeer gewaardeerd! Wij kunnen aan de hand van de uitkomst van deze vragenlijst adviseren met uw dier op consult te komen als we redenen voor onderzoek van de urine zien of we specifieke mogelijkheden voor een behandeling willen bespreken. Ook als u zelf al van plan was met uw dier te komen, komt het de behandeling ten goede als wij van tevoren over het ingevulde formulier beschikken.
Soms ontvangt u van ons een schriftelijk advies voor een aantal mogelijkheden om de situatie voor uw kat en uzelf te verbeteren. Wij kunnen u, indien het een uitgebreid gedragsprobleem betreft, ook doorverwijzen naar een van de organisaties die gespecialiseerd is in de behandeling van dit gedragsprobleem.
Kosten:
Voor (nieuwe) cliënten wordt een bijdrage in de kosten gerekend van €17,50.
Voor niet cliënten wordt een bijdrage in de kosten gerekend van €27,50
Gaarne dit bedrag over maken op ING rekeningnummer NL28INGB0003 1719 01 onder vermelding van uw eigen naam en de naam van uw dier.
Na ontvangst van uw bijdrage, zullen wij uw formulier in behandeling nemen. Mocht u naar aanleiding van het advies op het formulier met uw dier op het spreekuur komen, dan wordt dit bedrag op het tarief voor het consult in mindering gebracht.

Als uw kat sproeit doet u dan dus vooral een beroep op onze deskundigheid. Wij kunnen vaststellen of het sproeigedrag van uw kat een lichamelijke oorzaak heeft of dat het berust op een gedragsprobleem. Gedragsproblemen zijn in veel gevallen wel op te lossen, mits u met de juiste kennis, inzichten en geduld te werk gaat.

Vragenformulier sproeien (word bestand)
Dit formulier kunt u downloaden als Word-bestand. U kunt het digitaal invullen en mailen naar dierenkliniek@ossehoofd.nl. Handgeschreven formulieren kunnen niet in behandeling worden genomen.
N.B.: Gebruik hiervoor na aanklikken van de link niet ‘Openen’ maar ‘Opslaan’. Of gebruik van het rechter muismenu het commando ‘Doel opslaan als’. Zoek vervolgens in uw PC het bestand op de plaats waar u het heeft opgeslagen en open het. Na het invullen en opslaan van het formulier kunt het als bijlage in een e-mail verzenden naar dierenkliniek@ossehoofd.nl. U kunt natuurlijk ook de tekst uit het formulier in de e-mail kopiëren en plakken.